Een burn-out, ik weet er alles van. Niet alleen door mijn professie, maar helaas ook uit de praktijk. Een paar jaar geleden voelde ik mezelf afstevenen op een burn-out. Ik herkende als loopbaancoach de signalen, maar deed er niks mee. Ik werkte gewoon door, ook al functioneerde ik al lang niet meer. Ik voelde me zo verantwoordelijk voor mijn werk, dat ik doorging tot het lampje uit ging. En zo gaat het bij veel mensen die in een burn-out raken.

Een burn-out is het gevolg van langdurige stress. Hoe langer de stress duurt, hoe hoger het stresslevel wordt. Met het hoger worden van het stressniveau ontstaan er steeds meer emotionele, lichamelijke en psychische klachten. Er ontstaat zelfs een moment dat je jezelf niet meer herkent in je manier van zijn. En uiteindelijk gaat het lampje uit. Een burn-out is dus niet simpelweg opgebrand zijn.

De signalen in de opbouw richting burn-out

Onderstaand de meest herkenbare signalen in de opbouw richting burn-out. Ik heb ze beschreven in de volgorde van verschijnen. Van laag stresslevel naar hoog en langdurig stressniveau. Hoe langer de stress duurt hoe erger de symptomen worden. Het is geen vrolijk verhaal, maar het geeft wel een goede impressie van de impact van langdurige stress op emotioneel, lichamelijk en psychisch welzijn. Je krijgt een goede indruk van wat een burn-out eigenlijk is.

Alerter en sensitiever worden: om stressvolle situaties te kunnen overleven gaat het filteringssysteem steeds meer openstaan. Je merkt op dat je alerter en sensitiever bent. Zintuiglijke informatie komt steeds meer binnen. Grenzen tussen jezelf en de ander verdwijnen. Je voelt hierdoor de gevoelens van anderen.

Overprikkeld raken: komen er te veel prikkels binnen, dan raak je overprikkeld. Je voelt het vibreren vanbinnen, alsof je moleculen aan het dansen zijn. Je raakt gefrustreerd van dit gevoel, omdat je hierdoor niet tot rust kunt komen. Eenmaal overprikkeld, kun je niet veel meer hebben. Het is niet gemakkelijk overprikkeling kwijt te raken, omdat het vermogen om perifeer te kijken en te gronden verdwijnt. Dit zijn nu net de vermogens die zorgen voor gezonde grenzen tussen jezelf en de ander en voor gezonde grenzen tussen heden, verleden en toekomst.

Cirkelen door emoties: als je alerter en sensitiever bent geworden en er komen te veel prikkels binnen, dan raak je uit balans. Je ervaart meer emotie, cirkelt ook door emoties. Het het cirkelen door emoties leidt tot angst en depressiviteit.

Verminderde darmwerking en immuunsysteem: in deze emotionele toestand is de hormoonhuishouding afgesteld op overleven; er is een verminderde werking van darmen en immuunsysteem. Je bent vatbaarder voor verkoudheid en griep.

Een overactief denkbrein, piekeren en zorgen maken: Je kunt niet stoppen met denken. Je denkbrein blijft actief; het probeert met denken alles op te lossen. Het staat niet stil bij of iets op te lossen is of niet. Er zijn herhalende gedachten over onoplosbare problemen. Je brein blijft streven naar het ideale plaatje…

Ontspannen en goed slapen lukt niet meer: de spanning in de hersenen spreidt zich uit naar het lichaam. Er ontstaat spierspanning. Ontspannen lukt niet meer. ’s Nachts slaap je slecht. Je brein blijft aan het werk; het blijft proberen dingen op te lossen. ’s Morgens word je wakker met het gevoel dat je hard gewerkt hebt. Je begint al moe en uitgeput aan de dag.

Negativiteit en frustratie: als je altijd moe bent, gaat de rek eruit. Mentaal verschuift de focus steeds meer naar wat er niet goed is. Er is steeds meer frustratie en irritatie, opgejaagdheid, mopperigheid. Vaak zie je dat mensen in zichzelf beginnen te praten. Het vermogen tot afstand nemen, relativering en humor verdwijnt. Daarnaast vervormen al je kwaliteiten zich tot te veel van het goede. Je collega’s en dierbaren hebben hier last van. Met een beetje pech wordt dit slechte beeld van jou in hun geheugen vastgelegd als zijnde hoe jij bent.

Aantasting kortetermijngeheugen en concentratievermogen: het kortetermijngeheugen – ook wel werkgeheugen – werkt niet meer goed. Je merkt dit doordat de activiteiten die je moet doen, niet meer zo goed lukken en veel meer tijd kosten. Je verwerkt informatie trager. De tijd is verstreken zonder dat je het idee hebt iets gedaan te hebben, of zonder dat je weet wat je gedaan hebt. Je kunt je niet goed meer concentreren, geen dingen meer onthouden. Wetenschappelijk is aangetoond dat dit komt omdat je hippocampus- je centrum voor leren en geheugen- krimpt als gevolg van langdurige stress.

Dwang: je werkt langer door om dingen toch af te maken, compenseert hiermee zoveel mogelijk je onvermogen. Neemt geen pauzes meer. Er is veel gevoel van dwang, van moeten doorgaan. Dit is een gevolg van verhoogd cortisol. Met andere woorden: de stresshormonen zijn nu de baas. Zij zorgen ervoor dat je doorgaat tot je echt niet langer kan.

Chronische vermoeidheid: door de continue overbelasting raken de bijnieren die de stresshormonen moeten reguleren uitgeput. Hierdoor ontstaat chronische vermoeidheid. Leuke dingen worden minder leuk. Je hebt geen zin meer in sociale verplichtingen. Je slaat het sporten over en krijgt nergens meer energie van. Je wordt lusteloos, depressief. De zin in seks verdwijnt.

Informatieverwerkingsproblemen: op het moment dat je in deze vergevorderde fase bent beland, gaat concentreren en focussen steeds moeilijker. Functioneren in je baan lukt niet meer. Het lukt niet meer om je gedachten af te maken. Het denken kost je veel energie. Je leest, maar neemt de informatie niet op. Je luistert, maar hoort niet echt wat er gezegd wordt. Je brein functioneert niet meer.

Indrukken komen 30x zo hard binnen: je systeem ligt open en bloot. Zintuiglijke prikkels komen overweldigend binnen. Er zijn geen grenzen meer, ook niet tussen heden, verleden en toekomst. Alles is in het nu. Trauma’s uit verleden (ook vorige levens) dienen zich aan. Je hebt veel last van angsten, verstrikkingen, remmingen, belemmeringen, depressieve gevoelens.

Het lampje gaat uit Als je al deze fases doorlopen hebt komt er onherroepelijk een punt dat je niet meer verder kunt. Dit is als je hormoonregulatie niet meer werkt. Er is sprake van chronische dodelijke vermoeidheid, verlamming. Je kunt niet meer denken en doen en je voelt versterkt. De gedachte ‘Dood zijn is overal vanaf zijn’ gaat wel eens door je heen.

Wat hielp mij om uit de burn-out te komen?

Vier maanden rust leverden geen enkele verbetering op. Rust was dus niet de oplossing. Na vier maanden begon ik met cognitieve therapie die ik als zeer waardevol ervoer. De gesprekken brachten me inzicht en onderscheidingsvermogen. Ik leerde ontdekken welke activiteiten spanning of ontspanning brachten. Zo doende kon ik mijn herstel beïnvloeden. Tijdens deze cognitieve therapie ontdekte ik dat elk stresslevel zijn eigen emotionele, lichamelijke en psychische verschijnselen heeft. Voor mij zijn deze stressverschijnselen nu een indicator geworden: een uitnodiging om te gaan werken aan mijn balans.

Herstel in stroomversnelling: door Integral Eye Movement Therapy (IEMT) kwam mijn herstel in een stroomversnelling: angsten verdwenen, het piekeren stopte, (posttraumatische) stress loste op. Ik kwam weer in verbinding met mezelf. In een flits van inzicht wist ik dat ik les wilde geven in IEMT. Ik nam ontslag om de trainersopleiding te volgen en me er volledig op te kunnen richten.

Voorkomen van burn-out

Wil jij als coach, psycholoog of therapeut leren hoe je een burn-out kunt voorkomen? Of hoe je het herstel uit een burn-out kunt versnellen? Ik ontwikkelde een module stressreductie en preventie/herstel van burn-out met IEMT, we besteden hier veel aandacht aan in de opleiding tot IEMT-practitioner.